Door wetgevende ontwikkelingen diende het aanrekeningsmodel voor de directe kosten van Infrabel aangepast te worden, zodat de tarieven conform de regelgeving konden bepaald worden. De Dienst Regulering onderzocht deze aanpassingen met het oog op de goedkeuring van het kostenmodel, conform artikel 48 van de Spoorcodex.

De analyse van de Dienst Regulering gebeurde grotendeels tijdens de loop van het dossier: het proces van Infrabel om tot de finale methode te komen verliep in nauw overleg met de Dienst Regulering. Hierdoor konden alle nodige correcties reeds in de ontwikkelingsfase gemaakt worden. Een gedeelte van de analyse zoals onder meer de steekproeven betrof een latere controle. De Dienst Regulering stelde daarbij vast dat Infrabel de voorgestelde methode daadwerkelijk en correct toepaste.

De Dienst Regulering kon op basis van de uitgevoerde analyse vaststellen dat de door Infrabel voorgelegde kostenmethode in lijn is met zowel de Europese als de Belgische reglementering.

Gelet op deze vaststellingen en analyses keurde de Dienst Regulering de methode voor aanrekening van de kosten dan ook goed.